De provincie Limburg gebruikt cookies om jouw surfervaring op deze website gemakkelijker te maken.

Strikt noodzakelijke cookies
Deze cookies zijn strikt noodzakelijk om in de site te navigeren, of om te voorzien in door jou aangevraagde faciliteiten.
Functionaliteitscookies
Deze cookies verbeteren van de functionaliteit van de website door het opslaan van jouw voorkeuren.
Prestatiecookies
Deze cookies helpen om de prestaties van de website te verbeteren, waardoor een betere gebruikerservaring ontstaat.
Online surfgedrag gebaseerde reclame cookies
Deze cookies worden gebruikt om op de gebruiker op maat gemaakte reclame en andere informatie te tonen.

Reglement betreffende de subsidiëring van innovatieve projecten wonen - projectsubsidie

Laatst aangepast vrijdag, 18 september 2020, 17.13 u.

De provincieraad van Limburg

Gelet op volgende doelstelling, actieplan en actie van het provinciale beleid 2020-2025:

  • beleidsdoelstelling BD000002 “Limburg goed om te leven en te werken”
  • actieplan AP000021 “Limburg ontwikkelen tot een regio waar het goed om wonen is via een duurzaam en innovatief woonbeleid”
  • actie AC000083 “Inzetten op een duurzaam en innovatief woonbeleid via innovatieve projecten en de uitbouw van een kennis- en expertisecentrum”;

Gelet op artikel 3 van de Vlaamse wooncode dat bepaalt dat iedereen recht heeft op menswaardig wonen en daartoe de beschikking moet hebben over een aangepaste woning, van goede kwaliteit, in een behoorlijke woonomgeving, tegen een betaalbare prijs en met woonzekerheid;

Gelet op de beleidsnota Wonen-Vlaanderen 2019-2024 van de minister voor Wonen waarin Wonen-Vlaanderen wil inzetten op een groter aandeel kwaliteitsvolle woningen, het beter betaalbaar maken van de woningen, de verhoging van de woonzekerheid op de private huurmarkt, een laagdrempelige en toegankelijke woningmarkt en een beter en breder woonaanbod door o.a. nieuwe woonvormen aan te moedigen;

Gelet op het Besluit lokaal woonbeleid van de Vlaamse Regering van 16 november 2018 waarbij intergemeentelijke samenwerkingen naast een aantal verplichte activiteiten kunnen opteren voor een aantal aanvullende activiteiten vermeld in artikel 13-15, afhankelijk van de noden die zich in één of meerdere gemeenten van de intergemeentelijke samenwerkingen stellen;

Gelet op het ruimtelijke ontwikkelingsperspectief van de strategische visie van het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen (BRV) betreffende “de leefkwaliteit bevorderen”, waarbij gesteld wordt dat het woningbestand mee moet evolueren met de wijzigende bevolkingssamenstelling als gevolg van migratie, vergrijzing en gezinsverdunning en dat ingezet moet worden op een gezonde en inclusieve ruimte en op publieke ruimte en landschap;

Gelet op de conceptnota van het Beleidsplan Ruimte Limburg (BRL) waarin gesteld wordt dat er, flankerend aan het beleidskader “Wonen”, een ondersteunende en sensibiliserende rol opgenomen kan worden naar gemeenten rond een gedifferentieerd woonbeleid van de toekomst en dat dit gerealiseerd kan worden door ontwerpend onderzoek, inspirerende voorbeelden of door participatie met gemeenten of andere actoren in pilootprojecten;

Overwegende dat de provincie Limburg een ondersteunende en sensibiliserende rol opneemt naar de gemeenten rond kwalitatief en betaalbaar wonen in een aangename woonomgeving voor elke Limburger;

Overwegende dat de provincie Limburg een antwoord wil bieden op herkenbare maatschappelijke woonnoden door innovatieve woonvormen onder de aandacht te brengen;

Overwegende dat de provincie Limburg initiatiefnemers wil ondersteunen die een innovatief project in Limburg wensen te realiseren of nieuwe woontrends willen onderzoeken zodat er mogelijk een bijkomend aanbod van woonvormen ontstaat dat een oplossing biedt voor de Limburgse woonnoden van vandaag en morgen;

Overwegende dat het om bovenvermelde redenen aangewezen is om over te gaan tot de vaststelling van een subsidiereglement;

Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige subsidies;

Gelet op het besluit van de provincieraad van 24 oktober 2012 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van subsidies en de normen voor reservevorming;

Gelet op het besluit van de provincieraad van 20 maart 1996 betreffende de herkenbaarheid van het provinciebestuur in provinciale subsidiereglementen;

Gelet op de budgetsleutel 649000/02/0629 “Algemene werkingssubsidies/Overig woonbeleid” van het provinciale meerjarenplan (MJP000548);

Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;

Gelet op artikel 42 van het provinciedecreet;

Besluit

I Voorwerp van het subsidiereglement

Artikel 1: doel en doelgroep

Binnen de perken van het vastgestelde meerjarenplan kan de deputatie een subsidie verlenen voor het opzetten van nieuwe onderzoeks- en/of begeleidingstrajecten om te komen tot de concrete realisatie van innovatieve en/of experimentele projecten die bijdragen aan toekomstgerichte, duurzame, kwaliteitsvolle en betaalbare woonvormen in een kwalitatieve woon-en leefomgeving.

Limburgse actoren die in aanmerking kunnen komen voor een subsidie zijn: lokale besturen, hun verzelfstandigde agentschappen, intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, sociale huisvestingsactoren, onderwijsinstellingen, vzw’s, feitelijke verenigingen zoals bewonersgroepen en wooncoöperaties, middenveldorganisaties en samenwerkingsverbanden tussen deze organisaties.

Artikel 2: verklaring termen of begrippen

Project: een nieuw onderzoeks- en/of begeleidingstraject zoals bedoeld in artikel 1, 1ste lid en waarvan het voorwerp en de beoogde resultaten gericht moeten zijn op één of meer locaties gelegen op het grondgebied van Limburg (B).

Limburgse actor: een vereniging of instantie zoals vermeld in artikel 1, 2de lid die haar maatschappelijke zetel of een vestigingseenheid in Limburg (B) heeft, of indien zij geen rechtspersoonlijkheid heeft, een specifieke werking in Limburg (B) heeft.

Innovatief en/of experimenteel project: een project met een vernieuwend karakter voor de Limburgse woningmarkt.

Duurzame, toekomstgerichte en kwaliteitsvolle woonvormen: woonvormen die een antwoord bieden op Limburgse woonnoden van vandaag én met het oog op de toekomst en die rekening houden met de maatschappelijke tendensen waarbij een duidelijke ambitie getoond wordt op vlak van duurzaamheid, toegankeljkheid en woonkwaliteit.

Betaalbare woonvorm: een woonvorm die beoogt een bijdrage te leveren aan het verhogen van het aanbod van betaalbare woningen in het algemeen of voor specifieke groepen zoals starters, ouderen, … .

Kwaliteitsvolle woon-en leefomgeving: een woonproject dat oog heeft voor een maximale kwaliteitsvolle inbedding en verweving in de omgeving en voor de wisselwerking tussen het project en de omgeving; hierbij wordt gedacht aan de ruimtelijke inplanting, kernversterking, kwalitatieve buitenruimte, publieke ruimte, … .

Gemeenschappelijk wonen: een woonvorm met een sociale meerwaarde in een gebouw of gebouwencomplex dat wonen als hoofdfunctie heeft en dat uit meerdere woongelegenheden bestaat waarbij minimaal twee huishoudens op vrijwillige basis minimaal één ruimte delen en daarnaast elk over minimaal één private ruimte beschikken en de bewoners gezamenlijk instaan voor het beheer.

Aangepast wonen: een woonvorm die op vlak van inrichting en omgeving aan diverse eisen is aangepast voor een kwetsbare doelgroep, zoals ouderen, personen met een mentale of fysieke beperking, personen met psychische problemen, e.a., ...

Middenveldorganisatie: een organisatie die het kwalitatief en betaalbaar wonen van verschillende groepen in de Limburgse samenleving vertegenwoordigt.

II Voorwaarden voor subsidietoekenning 

Artikel 3: voorwaarden waaraan de aanvrager moet voldoen

Om in aanmerking te komen voor een subsidie moet de aanvrager aan de volgende voorwaarden voldoen:

  • behoren tot de doelgroep zoals omschreven in artikel 1
  • voldoen aan alle verplichtingen die voortvloeien uit eerdere toekenningen van gelijkaardige of andere subsidies van de provincie Limburg.

Artikel 4: voorwaarden waaraan het project inhoudelijk moet voldoen

Om in aanmerking te komen voor een subsidie moet het project inhoudelijk aan de volgende voorwaarden voldoen:

  • voldoen aan de omschrijving zoals opgenomen in artikel 1; deze vernieuwende woonprojecten kunnen bv. betrekking hebben op gemeenschappelijk wonen, het aangepast wonen voor doelgroepen, verhogen van een betaalbaar kwaliteitsvol woonaanbod, … EN
  • het voorwerp en de beoogde resultaten van het project moeten gericht zijn op één of meer locaties gelegen op het grondgebied van Limburg (B) EN
  • een duidelijke visie hebben op de noden op het vlak van wonen vandaag en morgen en aangeven op welke manier het project inspeelt op de Limburgse woonbehoeften waarbij waar mogelijk de projectaanvraag onderbouwd wordt door onderzoek en data EN
  • aantonen op welke manier het project kan dienen als voorbeeld ten aanzien van het Limburgse woonlandschap EN
  • aangeven op welke manier de plannen van het project zich inpassen in de nieuwe ruimtelijke principes uit de goedgekeurde strategische visie van het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen en in het (voor)ontwerp Beleidsplan Ruimte Limburg dat in de loop van 2021-2022 wordt opgemaakt EN
  • bij voorkeur:
    • inspelen op een bovenlokale thematiek vanuit een samenwerkingsverband tussen actoren uit verschillende sectoren en/of een bovenlokale aanpak
    • de inname van open ruimte maximaal vrijwaren.

Artikel 5: voorwaarden waaraan het project financieel moet voldoen

De aangevraagde subsidie mag gecumuleerd worden met andere overheidssubsidies om de doelstellingen van het project te halen. Om in aanmerking te komen voor een subsidie mag het project nooit voor meer dan 100 % gesubsidieerd worden.

III Indiening van de subsidieaanvraag 

Artikel 6: de termijn, wijze en het adres van de indiening van de aanvraag

De aanvraag tot het verkrijgen van een subsidie kan enkel elektronisch gebeuren.

Meteen na het indienen wordt de ontvangst van de aanvraag bevestigd en worden het verdere verloop en eventuele bijkomende instructies meegedeeld aan de aanvrager.

Om de twee jaar wordt, behoudens aanpassingen van het meerjarenplan, in januari een oproep gelanceerd voor een nieuwe subsidieaanvraag. Deze oproep kan een open of een thematische projectoproep zijn. Het onderwerp van een thematische oproep wordt vastgelegd door de deputatie.

De aanvraag tot het verkrijgen van een subsidie moet uiterlijk 31 maart van het jaar waarin een oproep wordt gelanceerd, ingediend worden.

Als het beschikbare krediet niet volledig toegekend is, kan de deputatie in september een tweede projectoproep lanceren, waarbij de aanvraag tot het verkrijgen van een subsidie uiterlijk 31 oktober van het jaar waarin de tweede oproep wordt gelanceerd, ingediend moet worden.

De aanvraag moet ingediend worden op volgend adres:

Ruimtelijke Planning - Wonen
Directie Omgeving
provincie Limburg, Universiteitslaan 1, B-3500 Hasselt

Tel.: 011 23 83 05
E-mail: wonen@limburg.be 
Website www.limburg.be/woneninnovatieveprojecten

Artikel 7: documenten in te dienen bij de aanvraag

Voor iedere aanvraag moeten de volgende documenten ingediend worden:

  • een volledig ingevuld, gedateerd en ondertekend aanvraagformulier met daarin een duidelijke omschrijving van de aanleiding tot het project, de doelstellingen, een motivering waarom het aan de criteria van dit reglement voldoet, de acties en het vooropgestelde resultaat, een stappenplan met een omschrijving van hoe en tegen wanneer het resultaat bereikt zal worden
  • een gedetailleerde begroting van ontvangsten en uitgaven van het project waarin alle subsidieverleners en de toegekende subsidies opgenomen zijn
  • indien de aanvrager een privaatrechtelijke instantie is: de statuten.

Het aanvraagformulier kan op het mailadres vermeld in artikel 6 worden opgevraagd of kan van de bovenvermelde website worden gehaald.

Bij de elektronische aanvraag geldt het mailbericht als ondertekening.

IV Toetsing van de subsidieaanvraag 

Artikel 8: toetsing op tijdigheid

De aanvraag wordt getoetst op tijdigheid.

Aanvragen die buiten de termijn vermeld in artikel 6 werden ingediend, komen niet meer in aanmerking voor een subsidie in het kader van dit reglement.

De datum van ontvangst bij het bestuur geldt als datum voor de toetsing.

Artikel 9: toetsing op volledigheid

De aanvraag wordt onderzocht op volledigheid.

Een aanvraag die onvolledig is, komt voor deze projectoproep niet meer in aanmerking voor een subsidie in het kader van dit reglement.

Artikel 10: toetsing aan de voorwaarden waaraan de aanvrager moet voldoen en aan de voorwaarden waaraan het project inhoudelijk en financieel moet voldoen

De aanvraag wordt getoetst aan de voorwaarden waaraan het project inhoudelijk en financieel moet voldoen, vermeld in dit reglement.

Artikel 11: toetsing op krediet

Als de kredieten die in het budget voor dit reglement zijn ingeschreven, uitgeput zijn, komt de aanvraag in het lopende budgetjaar niet meer in aanmerking voor toekenning.

Indien de kredieten die in het budget voor dit reglement zijn ingeschreven ontoereikend zijn, wordt in de eerste plaats rekening gehouden met het innovatieve karakter en de kwaliteit van de ingediende subsidieaanvragen en komen de aanvragen met de meest positieve inhoudelijke toetsing eerst in aanmerking.

Artikel 12: besluitvorming over de subsidieaanvraag

De deputatie beslist binnen een termijn van 2 maanden te rekenen vanaf de uiterste indieningsdatum of de aanvraag al of niet in aanmerking komt voor een subsidie en bij een toekenning van de subsidie welk subsidiebedrag wordt toegekend.

De aanvrager zal schriftelijk in kennis gesteld worden van de beslissing.

V Berekening van het subsidiebedrag 

Artikel 13: bepaling van het subsidiebedrag

Het toe te kennen subsidiebedrag wordt bepaald op basis van de kostenraming van het onderzoeks- en/of begeleidingsproject en bedraagt maximum 65 % van de door de aanvrager ingediende raming van projectontvangsten en -uitgaven. Het definitieve subsidiebedrag wordt na de indiening van de nodige documenten ter verantwoording van de aanwending van de toegekende subsidie berekend op basis van de werkelijke projectontvangsten en -uitgaven na de projectuitvoering en nadat aan de voorwaarden van artikels 16 en 17 werd voldaan. Enkel uitgaven die gedetailleerd bewijsbaar zijn zoals facturen en personeelskosten, worden aanvaard voor de bepaling van het definitieve subsidiebedrag. 15 % van het totale subsidiebedrag kan maar besteed worden aan overheadkosten.

De bepaling van de provinciale subsidie kan beperkt worden tot bepaalde uitgavenelementen.

Volgende uitgaven komen niet in aanmerking voor subsidiëring:

  • uitgaven voor recepties/catering
  • afschrijvingskosten voor het gebruik van bestaande infrastructuur (gebouwen, materieel, installaties, meubilair en rollend materieel, ... ), de kosten voor het huren van een gebouw of lokalen waar de projectaanvrager of de partners gevestigd zijn, computerkosten voor occasioneel gebruik, ...

Artikel 14: maximumsubsidiebedrag

Het subsidiebedrag bedraagt maximum 25.000,00 euro per aanvraag.

De deputatie kan het subsidiebedrag verhogen tot een maximum van 40.000,00 euro:

  • in geval van domein- en/of gemeentegrensoverschrijdende projecten OF
  • als de open ruimte maximaal gevrijwaard blijft OF
  • als het project zo sterk inspeelt op de tekorten en/of maatschappelijke noden dat de Limburgse woningmarkt versterkt wordt.

VI Betaling van het subsidiebedrag

Artikel 15: wijze van betaling

Het toegekende subsidiebedrag wordt in twee schijven betaald.

Een eerste schijf van 50 % wordt betaald bij de toekenning.

Het saldo wordt betaald nadat de voorwaarden vermeld in artikels 16 en 17 zijn vervuld.

Artikel 16: voorwaarden tot betaling van het saldo

Uiterlijk 4 maanden na de realisatie van het project moet de aanvrager een aanvraag tot betaling van het saldo samen met de volgende documenten indienen:

  • een projectverslag waaruit blijkt dat:
    • het ingediende projectvoorstel integraal en zoals vooropgesteld werd uitgevoerd of
    • het bijgestuurde project gerealiseerd werd zoals besproken op de tussentijdse evaluatie
  • een draaiboek van de doorlopen stappen met een beschrijving van de voorgedane mogelijkheden en knelpunten tijdens iedere fase
  • een financieel verslag met een overzicht van alle projectgerelateerde kosten en eventuele opbrengsten, gestaafd aan de hand van facturen/schuldvorderingen/loonstaten en betalingsbewijzen
  • een overzicht van andere subsidiebronnen en het toegekende subsidiebedrag indien van toepassing
  • bewijsstukken waaruit het gebruik van het provincielogo blijkt.

VII Verplichtingen na de toekenning van een subsidie

Artikel 17: verplichtingen na de toekenning

Indien in het kader van dit reglement aan de aanvrager een subsidie wordt toegekend, verbindt deze zich ertoe:

  • de toegekende subsidie aan te wenden voor het doel waarvoor zij werd toegekend
  • het project mondeling toe te lichten aan de afdeling Ruimtelijke Planning - Wonen op een tussentijdse evaluatie Deze tussentijdse evaluatie biedt de aanvrager en de afdeling de mogelijkheid voorstellen tot bijsturing te formuleren moesten de vooropgestelde doelen niet haalbaar zijn.
  • het project uit te voeren binnen de in het projectdossier vooropgestelde timing Uitzonderlijk kan de deputatie beslissen tot een eenmalige verlenging van de realisatietermijn, waarbij automatisch ook de termijn tot indiening van de betalingsaanvraag (artikel 16) met eenzelfde duur wordt verlengd. Hiertoe moet de aanvrager een gemotiveerde digitale aanvraag indienen op het mailadres vermeld in artikel 6 met opgave van de reden en de duur van de gewenste verlenging. De aanvrager wordt schriftelijk op de hoogte gebracht van de beslissing tot het al dan niet verlengen van deze termijnen.
  • deel te nemen aan een netwerkmoment, georganiseerd door de provincie Limburg om goede praktijken te delen en uit te dragen naar geïnteresseerden, als hierom gevraagd wordt
  • de resultaten van het project aan de provincie te bezorgen, die zij op haar beurt mag communiceren als voorbeeld en inspiratie voor andere geïnteresseerden
  • voldoende visibiliteit te garanderen voor de provincie Daarom moet:
    • in alle communicatiemateriaal over het project steeds het logo en de steun van de provincie Limburg vermeld worden (drukwerken, publiciteit, advertenties, aankondigingsborden, informatiepanelen, ...) en
    • de subsidieaanvrager zowel bij toekenning van de provinciale subsidie als na realisatie van het project s.m. de provincie een communicatiemoment (persbericht, persvoorstelling, plaatsbezoek, …) organiseren om kenbaarheid te geven aan het project.
    • indien het toegekende subsidiebedrag hoger is dan 24.789,35 euro: gedurende de volledige projectlooptijd jaarlijks de balans- en resultatenrekening van het afgelopen goedgekeurde rekeningjaar in te dienen of te publiceren via de website van de Balanscentrale van de Nationale Bank van België.

VIII Controle en sancties 

Artikel 18: controle op de aanwending van de toegekende subsidie

De provincie heeft steeds het recht toezicht en controle uit te oefenen bij de begunstigde van de subsidie die hem in het kader van dit reglement werd toegekend. De begunstigde verbindt er zich toe de nodige inlichtingen te verstrekken en de controle van de provincie Limburg te aanvaarden.

Artikel 19: sancties

Indien de begunstigde één of meer verplichtingen voortvloeiend uit dit reglement niet nakomt, kan de provincie het reeds betaalde subsidiebedrag geheel of gedeeltelijk terugvorderen, of in voorkomend geval beslissen tot het niet-betalen of het gedeeltelijk niet-betalen van de toegekende subsidie. Verder kan voor een periode vastgesteld door de deputatie de begunstigde uitgesloten worden om in de toekomst in aanmerking te komen voor subsidies van de provincie Limburg.

IX Slot- en overgangsbepalingen

Artikel 20: inwerkingtreding en geldigheidsduur

Dit reglement treedt in werking vanaf heden.

Artikel 21: overgangsbepaling

Bij wijze van overgangsmaatregel wordt in 2020 de eerste projectoproep gelanceerd in september, waarbij de aanvraag tot het verkrijgen van een subsidie uiterlijk 20 november 2020 ingediend moet worden.

Artikel 22: interpretatiegeschillen en onvoorziene omstandigheden

Alle interpretatiegeschillen en onvoorziene omstandigheden betreffende de toepassing van dit reglement worden behandeld door de deputatie.

Hasselt d.d. 2020-09-16

De provinciegriffier
Wim Schoepen

De voorzitter
Huub Broers

Provincie Limburg is ook social