In droge periodes gebruiken landbouwers het water uit de onbevaarbare waterlopen om te beregenen. Hiervoor heb je als oevereigenaar (aangelande) in principe geen vergunning nodig op voorwaarde dat de afwaarts gelegen aangelanden nog voldoende water hebben.
Zelfs bij droogte moet er minstens 10 cm water in de waterloop blijven. Er mag ook geen schade optreden aan het visbestand en aan de oevers door het onttrekken van water.
Wanneer je vaste constructies of bouwwerken wilt oprichten om water te onttrekken uit de beek, moet je wel een stedenbouwkundige vergunning en machtiging van de waterbeheerder aanvragen. Ook om water op te stuwen of af te leiden is een machtiging nodig.