Stad Beringen besteedt haar bosbeheer volledig uit aan Bosgroep Limburg
Dankzij een wetswijziging uit 2022 kunnen gemeenten het beheer van hun bossen overdragen aan een derde partij. De Bosgroepen komen hiervoor in aanmerking. De stad Beringen ging alvast zo’n intense samenwerking aan met Bosgroep Limburg voor het beheer van hun stedelijke bossen. Goed nieuws ook voor de vele Bosgroepleden in de regio, omdat de Bosgroep het beheer van de openbare en privébossen voortaan optimaal op elkaar kan afstemmen. Brecht Rabijns van de stad Beringen motiveert de keuze van het stadsbestuur.
Door een wijziging aan het ”Decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu” kunnen gemeenten voortaan hun beheer ofwel volledig zelf in handen houden of het uitbesteden aan het Agentschap voor Natuur en Bos of een derde partij, via een openbare aanbesteding. De Bosgroepen komen in aanmerking als derde partij en kunnen dus het beheer van gemeentebossen op zich nemen. Deze verandering heeft uiteraard vooral een grote impact op gemeenten met een groot bos- en natuurpatrimonium.
Als Bosgroep beschikken we over heel wat jaren ervaring met het ontzorgen en ondersteunen van boseigenaars. Hoewel privé-eigenaars onze topprioriteit blijven, werken we de laatste jaren ook meer en meer in openbare bossen. Dat de privé- en gemeentebossen in sommige gemeenten sterk met elkaar zijn verweven, maakt een gezamenlijk beheer logisch en efficiënt. Vooral eigenaars van kleinere bospercelen plukken daar veel voordelen van.
Zelf de touwtjes in handen
Als deskundige Beheer Publieke Ruimte bij de stad Beringen volgde Brecht Rabijns het proces van bij het begin op. “Het gaat om 500 ha, dat is heel wat. Al vrij snel werd duidelijk dat we met een derde partij wilden werken, maar zelf de zeggenschap over onze bossen behouden, om ecologische en economische redenen.”
Dat Beringen voor Bosgroep Limburg koos, sluit nauw aan bij hun wens om zelf de touwtjes in handen te houden. Net zoals bij privébossen respecteren we namelijk de vrijheid in beheerkeuzes. Maar dat is natuurlijk niet de enige doorslaggevende factor. “De Bosgroepen beschikken over veel technische kennis. Dat ze ook intens samenwerken met privé-eigenaars, staat ons toe om ons beheer af te stemmen op dat van de privé-eigenaars rond de openbare bossen. Dat is beter voor de bossen en voor de eigenaars. In het verleden gebeurde het bijvoorbeeld dat wij op een ander ogenblik kapwerken uitvoerden dan de eigenaars van nabijgelegen bossen.”
Voortaan kunnen we de beheerwerken bundelen, wat de kosten drukt en de impact op de natuur en de recreatie vermindert. Ook de gezamenlijke houtverkoop biedt heel wat voordelen voor zowel de stad als de andere boseigenaars. Bosgroep Limburg heeft in totaal zo’n 230 aangesloten eigenaars in Beringen, samen goed voor 190 ha. Daar komt nu de 500 ha van de stad Beringen bij. Een natuurbeheerplan ligt op tafel en wordt later nog uitgebreid. “Ons uitgebreid bosbeheerplan is recent omgezet naar een natuurbeheerplan type 2. Nadien is het ons doel om onze bossen die momenteel nog niet in dit plan zijn opgenomen, ook toe te voegen, net zoals enkele natuurlijke graslanden die ook waardevol zijn voor de natuur.”
Van dennenbossen naar streekeigen loofhout
Door met de Bosgroep in zee te gaan, kan Beringen meer dan ooit hun stadsgroen doordacht beheren met aandacht voor lokale accenten. Net zoals de andere gemeenten in de Limburgse Kempen zet de stad Beringen al jaren actief in op het omvormen van de monotone dennenbestanden naar gemengd loofbos. “Bij nieuwe aanplantingen opteren we altijd voor een mengeling van zes à zeven soorten loofhout. We kiezen daarbij steeds voor planten met het label Plant van Hier, omdat die het best zijn aangepast aan hun standplaats. We blijven bovendien proactief bossen aankopen. Ook bosuitbreiding wordt steeds belangrijker.”
“We moeten de komende jaren in sommige van onze bossen een beheerachterstand wegwerken. We kijken ernaar uit om het nieuwe natuurbeheerplan nauwgezet uit te voeren en hopen om binnenkort het FSC-label voor duurzaam bosbeheer binnen te halen voor onze openbare bossen. Dat is zowel economisch als ecologisch interessant.”
Lees het volledige artikel uit de wintereditie 2024 van het Bosbelang.